Als het jouw ouders niet lukt om goed voor jou te zorgen, bijvoorbeeld door problemen thuis of door overlijden, kan de rechter bepalen dat je (tijdelijk) ergens anders gaat wonen. Bijvoorbeeld in een pleeggezin (dit kan ook een familielid zijn), een gezinshuis of op een woongroep.
Soms gebeurt het dat problemen thuis echt heel groot zijn en er geen oplossing gevonden lijkt te kunnen worden. Dan kan de rechter besluiten dat je ouders geen beslissingen meer over jou kunnen nemen. De rechter kan die verantwoordelijkheid dan aan ons overdragen. In dat geval gaat een jeugdbeschermer je helpen. Dit is een hele grote beslissing, die de rechter alleen neemt als het echt niet anders kan.
Jouw jeugdbeschermer zal altijd proberen te zorgen voor een fijn en veilig contact tussen jou en jouw ouders. Dit gaat allemaal in samenspraak met jou. Je ouders mogen dan geen beslissingen meer over je nemen, maar blijven wel zo veel mogelijk bij je betrokken. Ze blijven ten slotte jouw vader en moeder.